Aan het ontstaan van hoefbevangenheid kunnen verschillende oorzaken ten grondslag liggen. Overbelasting en trauma, maar ook een ontsteking elders in het lichaam (zoals endometritis en chronische ontsteking van het caecum), een overdaad aan toxines en bepaalde medicijnen (corticosteroïden) kunnen de hoeflederhuid doen ontsteken. Ook stofwisselingsproblemen of verkeerde voeding zijn bekende oorzaken die hoefbevangenheid - met name in het voorjaar - in de hand kunnen werken. De zwelling die ontstaat tussen de hoornschoen en het hoefbeen leidt tot hevige pijn en kan uiteindelijk leiden tot kanteling van het hoefbeen.
Het voorjaar, voeding en hoefbevangenheid
In het voorjaar, wanneer de paarden weer naar buiten gaan, viert de hoefbevangenheid hoogtij. De overgang van stal naar wei brengt een grote voedselverandering met zich mee en wanneer deze niet wordt gecombineerd met aanpassingen in het management kan dit al snel leiden tot hoefbevangenheid.
Vooral het jonge, sappige, malse gras waar veel paarden zo dol op zijn bevat een bijzonder hoog fructosaminegehalte in de toppen en ook energierijke brok bevat vaak een hoog gehalte aan zetmeel. Deze suikers zijn een van de belangrijkste veroorzakers van hoefbevangenheid. Ook paarden met overgewicht hebben een verhoogde kans om hoefbevangen te raken. Een evenwichtige bloedsuikerspiegel is dus van belang.
Bij voedingsgerelateerde problemen is het herstellen van de darmflora van groot belang. Probiotica ondersteunen hierbij en houden de darmflora gezond.
Wanneer een paard onbeperkt mag grazen en zo veel teveel suikers binnenkrijgt gaan deze gisten in de darmen. De gifstoffen die hier door ontstaan, kan de lever niet voldoende afbreken waardoor ze in de bloedbaan terecht komen. De gifstoffen zorgen ervoor dat de hoefwand loslaat: een paard raakt hoefbevangen. Door te "draineren" verlaten deze gif- en afvalstoffen het lichaam. Door te draineren wordt er een “ schone “ start gemaakt en kunnen andere ondersteunende middelen beter aanslaan. Meer weten over "Draineren" klik hier.
Beter is om een paard sober te voeren, niet te dik te laten worden en voorzichtig te zijn met het laten grazen op (jong) gras.